Oliekeerringen zijn een belangrijk onderdeel van een afdichtingsproces. Bij de montage moet op veel aspecten gelet worden, zoals de druk en de eventuele toevoeging van vet. Maar wanneer je jezelf goed inleest, loopt alles in no-time gesmeerd – pun intended.

Oliekeerringen

Oliekeerringen zijn radiale afdichtingsringen voor roterende toepassingen. Dat klinkt misschien nog wat vaag. Je kan bij oliekeerringen denken aan de afdichting van de assen van bijvoorbeeld voertuigen, tandwielkasten en elektromotoren. De oliekeerringen houden olie, vet of andere smeermiddelen vast, aan de binnenkant, en houden tegelijkertijd het stof, vuil en water buiten de deur. Oliekeerringen zijn een van de meest toegepaste afdichtingen bij roterende voorwerpen. Zo’n ring bestaat uit een rubberen afdichtingslip, een metalen behuizing en een veer. De afdichting wordt vervolgens gerealiseerd door een dun laagje olie. Die olie tilt de afdichtingslip eigenlijk een klein stukje op van de as, en werkt zo als een barrière met een lage wrijvingsweerstand.

Drie basistypen

De oliekeerringen komen in drie types. Het type OS-A heeft een elastomeer buitenmantel, en zorgt dus voor een goede statische afdichting. OS-B heeft een metalen buitenmantel. De OS-C heeft nog een éxtra metalen ring, speciaal voor de wat meer ruige omstandigheden.

Verschil in druk

Standaard oliekeerringen zijn vaak bedoeld voor drukloze toepassing. Dat betekent dat er geen verschil in druk zou moeten zijn tussen de ruimtes waar afdichting nodig is. Een hogere druk duwt de lip van de dichting namelijk krachtiger op de as, en dat zorgt voor meer wrijving en dus meer slijtage. Een klein drukverschil zou geen probleem moeten zijn. Welk drukverschil de oliekeerringen aankunnen, hangt af van het toerental. Bij een toerental van 1000 t.p.m. (maximale omtreksnelheid is dan 2,8 m/s) laat een maximaal verschildruk van 0,5 bar toe. Bij 2000 t.p.m. (en dus 3,2 m/s) is dat 0,35 bar. Bij een toerental tot 3000 t.p.m. (maximale omtreksnelheid 5,6 m/s) is het maximale verschildruk 0,2 bar.

Met of zonder vet monteren

Oliekeerringen mogen niet drooglopen. Wanneer je niet genoeg smeert, kan de temperatuur in het loopvlak zo hoog worden dat er groefvorming in de as kan ontstaan. Ook de afdichtingslip kan verbranden. Bij de afdichting van olie of vet is sowieso al smering aanwezig, maar bij bijvoorbeeld water zijn extra voorzieningen nodig. Je zou dan twee oliekeerringen kunnen monteren en de tussenruimte met vet of olie kunnen vullen. Ook een oliekeerring met een stoflip zou je met een smeerfilm kunnen toepassen. Je kan dan het beste kiezen voor minerale olie of siliconenvet.